Je paard iets extra’s of lekkers geven is hetgeen wat vele van ons heel graag doen. Appels, wortels, mandarijntjes, suikerklontjes, pepermuntjes, banaan, brood, paardensnoepjes, muesli, en slobber… Of we geven er gewoon nog een extra kilo biks bij uit onze zelf gekochte zak paardenvoer. Niets is ons te gek! Toch??
Beloning
Vooral na het rijden of bij het doen van moeilijke oefeningen belonen wij onze paarden bij voorkeur. Beloningen kunnen in trainingen hele positieve resultaten geven. Voeren geeft ons een goed gevoel en veel voldoening, omdat je goed voor je paard zorgt. Of misschien twijfel je of je paard wel voldoende heeft aan het ruwvoer en bijvoorbeeld het krachtvoer wat hij al krijgt, waardoor je hem nog iets extra’s toestopt? Heb je er weleens over nagedacht wat je hem dan precies geeft?
Heb jij dat ook?
Je paard staat ongeduldig te wachten en soms zelfs te hinniken, opdat jij komt met dat heerlijke hapje, om het daarna gulzig en met smaak op te eten. Het liefste geef je hem nog meer! Je paard is dit zo gewend en als hij niets krijgt is hij teleurgesteld of maakt veel kabaal en dat is dan zielig natuurlijk. En omdat het voor andere paarden ook zielig is dat ze niets krijgen, stop je hen ook wat toe. Herkenbaar? Jij blij, de paarden blij……, maar is dat wel zo?
Snackbarpaard
Met het onderwerp dat ik nu ga bespreken maak ik mij niet geliefd bij vele paardenliefhebbers: voeding en het geven van extra’s. Er zijn al meerdere blogs over geschreven, maar het kan wat mij betreft niet vaak genoeg. Het is namelijk heel belangrijk om te weten wat je daadwerkelijk het paard aandoet, wanneer je van hem een “snackbarpaard” maakt. Geef jij je paard rommel of daadwerkelijk iets wat ook positief is voor zijn gezondheid?
Hopelijk zorgt de volgende lijst met feiten voor wat bewustwording, wanneer je je in het bovenstaande verhaal aangesproken voelde.
Het gemiddelde paard….:
- Heeft dezelfde spijsvertering als wilde paarden hebben.
- Is van nature een verzamelaar en eet hapje stapje en is dus continue in beweging.
- Eet niet alleen het liefst grofstengelig gras, maar ook een verscheidenheid aan kruiden, knollen, bladeren, takken en boomschors.
- Behoort minimaal 14 tot 16 uur per dag te kunnen eten, want daar is de spijsvertering op ingesteld en heeft daarom onbeperkt ruwvoer (gras, kruiden, hooi, voordroog, paardenkuil, luzerne) nodig.
- Heeft vaak veel tekorten door te weinig ruwvoer (cellulose, voor het omzetten naar vetten).
- Heeft vaak veel overschotten door krachtvoer (koolhydraten, zoals zetmeel, suikers en andere niet goed verteerbare stoffen voor een paard).
- Heeft spijsverteringsproblemen zoals slappe poep, krampen, opgezwollen buik en in het ergste geval kolieken.
- Kan vooral suikers (melasse, glucose) niet verwerken en krijgt daardoor suikerspiegelschommelingen (schrikkerig, stress, ontploffen van energie, vervelend zijn, stalondeugden). Suikers zitten niet alleen in verschillende soorten krachtvoer, het befaamde suikerklontje of pepermuntje en paardensnoepjes, maar ook in brood, sommige groente en fruit!
- Heeft een tekort aan magnesium door het aanbod van teveel andere mineralen.
- Heeft inderdaad vaak honger wanneer hij veel krachtvoer krijgt. Dit is niet op te lossen met extra’s, het komt door een verstoorde opname van ineens veel voer en daarna niets. Hierdoor kan het paard het ook snel koud krijgen en heeft vaak een opgeblazen buik. Alleen onbeperkt ruwvoer kan dit oplossen.
- Krijgt door verkeerde voeding een arsenaal aan gezondheids- en gedragsproblemen, maar ook ziektes, zoals insulineresistentie, hoefbevangenheid en eczeem.
- Is vaak te dik (vet, dit zijn geen spieren!) of juist te dun, slechte vacht en hoeven, niet fijn te trainen, geen spieren aanmaken, stijf, stug, snel moe of zo juist gek als een deur, dikke benen, harde manenkammen en ga zo maar door….
- Heeft in veel gevallen geen krachtvoer nodig om de training te kunnen doen die wij van het paard vragen. Uitzonderingen daargelaten en afhankelijk van het soort voer.
- Verbrandt het beste op vetten en niet op koolhydraten (suikers). De energie uit krachtvoer is heel vluchtig, maar de energie uit cellulose komt gedurende een lange tijd vrij.
- Krijgt vaak extra supplementen om de problemen die het krachtvoer geeft op te lossen.
- Zou veel gelukkiger en gezonder zijn als het voedingsmanagement wordt aangepast op de daadwerkelijke behoeften en niet op wat wij denken dat lekker is.
- Is uniek! Elk paard is uniek en heeft z’n eigen behoeften welke compleet kunnen verschillen tussen de paarden onderling (en op een stal).
Waarom voeren we paarden zoals we nu doen?
- We weten niet beter. Een paard eet toch alleen maar gras, hooi of biks?! Toch??
- Vastgeroeste overtuigingen, we niet willen veranderen. Het is zoals het is.
- Wij mensen eten toch ook van alles en dat kan toch ook? Bijv. snackbar, maar is dat zo?
- De beloften op de verpakkingen van paardenvoeders waarop staat: Uitgebalanceerd, voor optimale prestaties, met vitaminen en mineralen, voor de gezondheid van uw paard, zonder Melasse, dat hun product het beste is en er natuurlijke producten zijn gebruikt…..
- Het ziet er heerlijk uit en ruikt verrukkelijk. Paarden vinden het lekker smaken.
- Uit gemak, het is veel makkelijker om er “even” een kilo in te gooien.
- Staleigenaren die het voermanagement niet willen aanpassen uit tijdsbesparing.
- Uit kostenbesparing, het geven van goed hooi of paardenkuil (voordroog) is tegenwoordig een stuk duurder.
Stukje geschiedenis
Toen we paarden gingen houden om mee te werken en ze uren achterelkaar op het land liepen, konden deze paarden niet lang genoeg eten om aan voldoende energie te komen. Mensen aten toen al koolhydraten (zetmeel) uit bijvoorbeeld granen in de vorm van brood om aan hun energie te komen. Onze spijsvertering is ingesteld op het verteren van zetmeel, …. dat dachten we in ieder geval… en zodoende werd er ook gedacht dat paarden dat zouden kunnen. Het probleem werd opgelost door het paard granen te geven. Dit was het begin van de ontwikkeling van het krachtvoer (biks, muesli, granen, gerst, haver).
Hoe is het geven van krachtvoer ontstaan?
De reden om aan krachtvoer te beginnen was dus niet omdat er in krachtvoer voedingsstoffen zitten waar het paard niet zonder kan, maar om het paard heel snel genoeg eten te geven, zodat het kon blijven werken!
Onze paarden hebben zich wel deels aangepast aan de verbranding van deze koolhydraten, maar dat levert tegenwoordig steeds meer problemen op. Vooral in goedkoop krachtvoer zit veel wat paarden juist niet nodig hebben (ballaststoffen, suikers, verkeerde verhoudingen aan vitaminen en mineralen). Goede paardenvoederfabrikanten melden ook altijd dat het ruwvoer voorziet in de primaire levensbehoeften van paarden en het krachtvoer bedoeld is als aanvulling.
Is krachtvoer überhaupt niet goed dan?
Niet al het krachtvoer is natuurlijk slecht voor je paard. Fabrikanten zijn door deze nieuwe inzichten hun producten aan het verbeteren en er zijn nu ook biologische krachtvoerders op de markt. Ook voer (brok) op basis van ruwvoer en zonder melasse, waarbij je er maar heel weinig van hoeft te voeren voor een goed resultaat. Dit zijn meestal de wat duurdere zakken voer en deze zijn niet overal verkrijgbaar. Als jouw paard niet genoeg voedingsstoffen binnenkrijgt, doordat het ruwvoer te weinig voedingsstoffen bevat, dan kun je die aanvullen met een kruidenmix, een balancer of uitgebalanceerd voer.
Conclusie:
- Een paard vindt een lekker hapje op korte termijn heel lekker, maar op lange termijn is goed voermanagement veel lekkerder voor hem.
- Geef je paard veel ruwvoer, zodat het minimaal 14 uur per dag kan eten (dus ook in de paddock als ze daar uren staan of bij een kaal weiland).
- Bij tekorten aan voedingsstoffen kun je dit oplossen door het geven van kruidenmixen speciaal op de behoeften van het paard gemeten of echt uitgebalanceerd voer.
- Geef je paard zo weinig mogelijk krachtvoer en alleen wanneer het echt nodig is.
- Zorg dat het voer van goede kwaliteit is en zonder suiker of andere ballaststoffen.
- Geef je paard als beloning een “stukje” appel of wortel. Mooie alternatieven zijn rozenbottels, komkommer of broccoli. Er zijn biologische paardenvoeders die ook “gezonde” paardensnoepjes op de markt hebben gebracht op basis van ruwvoer zoals luzerne.
- Maak van jouw paard vooral geen snackbarpaard!
Als je het voedingsmanagement van je paard wilt aanpassen en het krachtvoer wilt weglaten, hou dan rekening met de volgende veranderingen:
- Het paard krijgt te maken met een overgangsfase, omdat het afhankelijk van het krachtvoer was, waardoor de manier van verteren en darmflora zichzelf weer moet gaan herstellen.
- De spijsvertering moet zich aanpassen om de voedingsstoffen weer uit het ruwvoer te gaan halen, omdat het afhankelijk was van het krachtvoer. Het kan zijn dat je paard eerst wat afvalt en na pas enige tijd op de juiste manier vet en spieren gaan aanmaken.
- Zorg er altijd voor dat het paard voldoende voedingsstoffen binnenkrijgt. Het liefst natuurlijk, zoals door het dagelijks geven van een kruidenmix individueel gemeten op de behoeften van jouw paard.
- De spieren van het paard moeten zich aanpassen van een glucose- naar een vetverbranding, hierdoor kan je paard in het begin wat slomer worden. Pas je training hierop aan.
- Dat verandering en herstel tijd kost, soms wel tot een jaar! Geef je paard de tijd!
Ik wens iedereen een gezond en blessurevrij paard toe, dat mentaal en fysiek in balans is! Zo haal je het beste uit je paard!