HORSECONNECT

Wat je in je hand voelt zijn de achterbenen

florien-de-graaf

Rechtrichten is een kreet die veel gebruikt wordt. Zeker belangrijk! Rechtrichten hangt samen met veel andere factoren. Het paard is tenslotte één geheel. Hoe weet je nu of je paard rechter is dan eerst? Als je paard recht is werken de achterbenen even hard. De energie komt mooi gelijkmatig door het lichaam naar voren en daardoor ervaar je gelijke verbinding in je handen. Je paard loopt zowel de volte rechtsom als linksom even groot. Rij je bijvoorbeeld een gebroken lijn, dan gaan alle drie de bochten even makkelijk en zijn de rechte lijnen echt recht. Als alles goed met elkaar samenwerkt in het lichaam komt de schoftlift tot stand. Wat mij betreft is de schoftlift het gevolg van het juiste gebruik van het lichaam. De schoftlift is dan ook het streven en rechtrichten is één van de middelen die nodig zijn om daar te komen. De gelijke verbinding die je voelt in je hand is het resultaat.

Hoe scheefheid werkt

Stel je voor dat je paard naar rechts gebogen is terwijl je op een rechte lijn rijdt. Zijn lichaam is dan aan de rechterkant korter dan aan de linkerkant. Het bekken staat aan de rechterkant wat meer naar voren en de rechter schouder wat meer naar achteren. Het rechter achterbeen komt meer naar voren, doordat het vast zit aan het bekken. Dit zorgt ervoor dat je op je rechterteugel weinig verbinding hebt en op je linkerteugel juist meer.

De oplossing

Voordat ik meer vertel over het tot stand brengen van de gelijke verbinding op de teugels wil ik voor de duidelijkheid even het volgende kwijt. Wat ik hier schrijf is een theoretisch verhaal wat uit gaat van een paard zonder fysieke en/of mentale blokkades of ander ongemak, met een goed passend zadel en hoofdstel en een ruiter die zich al redelijk bewust is van zijn eigen houding, zit en bewegingsvoorkeuren. Als je hulp nodig hebt vraag dan een goede instructeur om begeleiding.

Hoe breng je gelijke verbinding tot stand?

Er zijn diverse oefeningen om een gelijke verbinding tot stand te brengen. Hieronder één van die oefeningen. Het kan zijn dat je paard niet goed op reageert op deze oefening en dat een andere oefening beter past voor je paard. In hoofdlijnen komt het erop neer dat je zoekt naar een oefening waarmee je paard leert om de schouders voor de achterhand te plaatsen en het trage been sneller te maken. Doe je de juiste oefening, dan zal het gevoel in de teugels gelijk worden. Soms is het nodig om zo’n oefening eerst heel groot aan te bieden. Heeft je paard begrepen wat het juiste antwoord is, dan zal je het steeds kleiner kunnen vragen. Uiteindelijk zal een keer bijdrijven op het trage been, of het sluiten van de hand op de harde teugel om je paard te helpen herinneren dat hij los mag laten voldoende zijn.

Op onderstaande foto is er nog geen balans en daardoor kan er ook geen nageeflijkheid zijn:

rechtrichten-balans

Laten we weer uitgaan van een rechtsgebogen paard dat op de linker schouder valt. Rijd op de linkerhand. De losse verbinding is nu op de buitenteugel. Doe de volgende oefening om meer verbinding te krijgen:

Neem de rechterteugel aan, net iets meer dan de buiging die je paard van zichzelf maakt. Je linkerteugel doet niet mee en mag gerust in een boogje hangen. Zit je paard erg dicht langs de kant en dreigt hij zijn neus te stoten, wend dan eerder van de korte zijde af, zodat je aan het begin van de lange zijde 1 á 2 meter van de hoefslag af bent. Je paard zal vanzelf naar de hoefslag op de lange zijde toe lopen als je contrastelling vraagt en dan waarschijnlijk genoeg afstand houden om zich niet te bezeren. Eerst is deze stelling een redelijk eenvoudige vraag voor je paard. Het is tenslotte de buiging die hij graag aan neemt. Meestal, al na ongeveer een halve lange zijde, krijgt hij zijn bedenkingen, zoiets als: “Hm meestal vind ik buigen naar rechts wel fijn, maar je kunt het ook overdrijven…. Minder buiging is toch wel zo prettig.” Hij bedenkt dus zelf dat rechter worden beter is! Geniaal paard! Meteen sta je je rechter hand toe, zoveel als hij rechter wil worden.

Je paard neemt je hand dus mee naar voren. Drijf nu een beetje bij met je linker been, of je zweepje aan de linker kant. Let daarbij op dat je niet per ongeluk aan de linkerteugel vraagt. Je zweepje gebruik je om zijn aandacht in zijn linker achterbeen te krijgen, dus geen striemen op zijn billen, maar een zacht tikje als in: “Let op, je hebt je linker achterbeen nodig.” Op het moment dat je paard rechter wordt kun je hem laten halt houden. Blijf een poosje stil staan. Let daarbij op dat je teugel helemaal los is. Zorg dat je ontspannen zit en echt helemaal niets doet. Dat is nog een hele opgave! In eerste instantie zal je paard verwachten dat je nog wat aan hem gaat vragen, pas daarna zal hij nadenken over wat hij gedaan heeft. De meeste paarden zullen of afkauwen, of schudden, of zuchten, of gapen. Een paard dat niet gewend is om op deze manier te leren, zal eerst veel tijd nodig hebben om te gaan nadenken. Door de oefening zo aan te bieden begint je paard te snappen wat het antwoord op je vraag is. Herhaal de oefening een paar keer. Al hij het snapt zal hij steeds sneller recht worden. Het belangrijkste van deze oefening is dat je je hulpen precies herhaalt! Zorg dat je super consequent bent, des te duidelijker is het voor je paard wat het goede antwoord is.

Op de rechterhand

Als je het gevoel hebt dat de muntjes beginnen te vallen op de linkerhand, ga je naar de rechterhand. Doe de volgende oefening om een zachtere verbinding te krijgen:

Ook op deze hand vraag je contrastelling, alleen nu met het doel om een zachtere verbinding te krijgen. De stelling zal kleiner zijn dan op de andere hand, omdat je paard hier liever niet wil buigen. Al vrij snel voel je wat weerstand. Blijf zacht in je lichaam terwijl je je vraag om stelling houdt. Zodra je voelt dat je paard ook maar een beetje loslaat, laat jij ook los. Hierbij komt het erop aan dat je snel bent en echt helemaal loslaat. Laat je paard halt houden en nadenken, zoals je ook op de linkerhand hebt gedaan. Herhaal de oefening, totdat je merkt dat je paard sneller gaat reageren. Neem de tijd!

Terug naar de linkerhand

Waarschijnlijk merk je dat je paard al wat rechter wordt. Doe dezelfde oefening met de contrastelling als de eerste keer dat je op de linkerhand reed. Als je paard recht wordt drijf je hem weer bij met je linker been. Hij zal op een gegeven moment door de vermeerderde activiteit van het linker achterbeen naar de linker buiging komen. Op dat moment kun je afwenden, door je lichaam de volte op te draaien. Let op dat je afwent zonder je linker teugel te gebruiken! De kans is groot dat je ongemerkt op je oude manier aan die teugel vraagt en dat je paard als reactie meteen weer strak wordt op de linkerteugel, waardoor hij dan weer lang wordt aan de linker kant en je weer meer druk krijgt op je linker teugel. Lukt de volte, dan rij je je paard dus van het binnenbeen tegen de buitenteugel. Het is niet belangrijk of je een hele volte met linker stelling kunt rijden. Zodra je merkt dat je paard de stelling verliest en op de linker schouder begint te vallen, probeer je hem weer bij te drijven met je linker been of zweepje, zodat hij linker stelling aan neemt. Lukt het niet, dan rij je hem met je rechter teugel weer naar de hoefslag, zodat je hem van de linker schouder af rijdt en begin je opnieuw met recht maken.

Op onderstaande foto een mooie verandering in één les. Er is al veel meer balans. De nageeflijkheid ontstaat daardoor vanzelf. Het achterbeen mag nog iets sneller, dan kan de neus namelijk nog iets naar voren:

rechtrichten-scheefheid-verzameling

Ik ben benieuwd of het zo te volgen is, laat gerust een bericht achter.

Veel succes en plezier met je paard!

Auteur van deze blog: Florien de Graaf

Deel deze blog

Meer te ontdekken